Francesca Caccini (1587- ca 1645)

Francesca Caccini werd geboren in Florence in 1587 als de oudste dochter van de beroemde zanger, componist en lid van de Florentijnse Camerata, Giulio Caccini. Samen met haar zuster Settimia werd ze opgeleid tot musicus en leerde ze zingen, verschillende instrumenten bespelen en componeren. Van Settimia weten we uit verslagen van de tijd dat ze een mooie vrouw met een mooie stem was, maar van Francesca weten we alleen zeker dat ze aan de kleine kant was, zoals haar bijnaam La Cecchina suggereert. In 1607 trad Francesca in dienst bij de machtige De’ Medici familie en trouwde ze met zanger Giovanni Battista Signori. Het enige kind uit dit huwelijk, Margherita, zou ook zangeres worden. Twintig jaar lang werkte Francesca voor de De’ Medici familie als zangeres, lerares en componiste. Ze werd er zelfs de best betaalde musicus. In 1626 sterft haar echtgenoot en één jaar later hertrouwt Francesca en verlaat de De’ Medici familie. Slechts drie jaar later sterft ook haar nieuwe echtgenoot, en blijft Francesca achter met een zoontje van nog geen twee jaar. In 1633 keert ze terug naar de De’ Medici alwaar ze tot 1641 in dienst blijft. In 1645 gaat de voogdij van haar zoon over naar zijn oom, en het document dat dit bekrachtigt is het laatste spoor van het leven van Francesca Caccini.

Als zangeres en lerares was Francesca nauw betrokken bij de kamermuziek aan het hof van de De’ Medici, waaraan ze deelnam met haar leerlingen. Als componist schreef ze muziek voor uitvoeringen aan het hof en ze was de eerste vrouwelijke componist die een opera schreef (La Liberazione di Ruggiero, uitgegeven in 1625). In 1618 publiceerde Francesca Il Primo Libro delle Musiche. Het is een boek met 32 sololiederen en vier duetten voor sopraan en bas, allemaal voorzien van een becijferde bas. Het boek bevat sonnetten, madrigalen, aria’s, romanesca's, motetten, hymnen en canzonetten. Francesca's Primo Libro is uitgegeven zestien jaar na haar vaders Le Nuove Musiche (Florence, 1602), het boek dat de standaard zou worden voor de monodie: de nieuwe stijl van declamatorische liederen met een becijferde bas. Francesca volgt in de voetstappen van haar vader omdat ze in dezelfde stijl componeert die hij een generatie eerder voorstond, maar ze gebruikt ook elementen van de nieuwe generatie monodiecomponisten, zoals een expressief gebruik van chromatiek en gewaagde harmonieën. Ze is heel nauwkeurig in het noteren van vocale ritmes en in de twee overgebleven exemplaren van Il Primo Libro staan correcties in vermoedelijk haar eigen handschrift. Hierin toont ze zich ook een kind van haar vader, want in Le Nuove Musiche staat een gedetailleerde beschrijving van vocale versieringen. Omdat Francesca zangles gaf aan de vrouwen van het hof van de De’ Medici, zouden we Il Primo Libro kunnen beschouwen als een lesboek. De inhoud echter is verre van een verzameling stukken in oplopende moeilijkheidsgraad bedoeld voor zangstudenten. In plaats daarvan zijn bijna alle 36 liederen complexe composities die het uiterste vragen van zelfs de meest begaafde zangers. In deze liederen is Francesca tot het uiterste gegaan om de emotionele expressie van de teksten te maximaliseren. Voor ons zijn deze liederen dan ook het beste wat Francesca de wereld te bieden had als componist.

David van Ooijen

Bronnen:
Cusick, Suzanne G. - Francesca Caccini at the Medici Court (The University of Chicago Press, 2009)
Cusick, Suzanne G. - Francesca Caccini. Artikel in de New Grove Dictionary of Music and Musicians (Oxford Music Online)

Francesca Caccini was born in Florence in 1587 as the eldest daughter of the famous singer, composer and member of the Florentine Camerata, Giulio Caccini. She and her sister Settimia received a thorough education in music that included singing, playing various instruments and composing. Of Settimia we know from contemporary accounts that she was a beautiful woman with a beautiful voice, but of Francesca only that she must have been rather small, as her nickname la Cecchina suggests. In 1607 Francesca entered the service of the powerful Medici family and married the singer Giovanni Battista Signori. Their only child Margherita became a singer, too. For twenty years Francesca served the Medici family as a singer, teacher of music and composer, even becoming the highest paid musician on the Medici payroll. In 1626 her husband died. One year later Francesca remarried and left the service of the Medici. Only three years later her new husband also died and left Francesca with a son of not yet two years old. In 1633 Francesca returned to the Medici court where she served untill 1641. In 1645 the guardianship of her son passed to his uncle, and this document is the last trace of the life of Francesca Caccini.

As a singer and teacher Francesca was immersed in the chamber music at the Medici court, performing with her pupils at musical occasions that the court provided. As a composer she provided music for court entertainments and was the first woman to write an opera (La Liberazione di Ruggiero, publ. 1625). In 1618 Francesca published Il Primo Libro delle Musiche. This is a book of 32 solo songs and four duets for soprano and bass, all with figured bass. The book contains sonnets, madrigals, arias, romanescas, motets, hymnes and canzonettas. Francesca’s Primo Libro is published sixteen years after her father’s Le Nuove Musiche (Florence, 1602), the book that would set the standard for monody: the new style of declamatory songs with figured bass. Francesca walks in the footsteps of her father by composing in the style he championed a generation before her, but she also incorporates elements of the new generation of composers of monody, like an expressive use of chromatism and a daring use of harmony. Her notation of vocal rhythm is very detailed and in the two surviving copies of Il Primo Libro we can find corrections in presumably Francesca’s own handwriting. In this, too, she shows herself her father’s daughter, as in Le Nuove Musiche we find a very detailed description of vocal ornaments. Because Francesca taught singing at the court of the Medici family, we could regard her Il Primo Libro as instruction material. However, its content is far from a collection of graded pieces aimed at vocal students.Instead, almost all of the 36 songs are complex compositions that demand all from even the most accomplished of singers. In these songs Francesca has gone to extremes to maximise the emotional expression of the texts. To us, these songs represent the best Francesca had to offer the world as a composer.

David van Ooijen

Sources:
Cusick, Suzanne G. - Francesca Caccini at the Medici Court (The University of Chicago Press, 2009)
Cusick, Suzanne G. - Francesca Caccini. Article in the New Grove Dictionary of Music and Musicians (Oxford Music Online)